NL - Nederlands EUR
Je winkelwagen ×
Je hebt geen artikelen in je winkelwagen.

Klimtouw

Klimtouw Bergsport Advies OutdoorXL Scroll

Klimtouw

Klimtouwen zijn er te kust en te keur. Maar welk touw heb je wanneer nodig en wat zijn de verschillen tussen alle touwen?

Dynamische en statische touwen

Er zijn dynamische en statische touwen. De statische touwen zijn niet geschikt om mee te zekeren bij het (sport)klimmen. Zekeren is het beveiligen van degene die klimt met behulp van een klimtouw. Je kunt met een statisch touw spullen naar boven hijsen en er goed mee abseilen. Sommige alpinisten slepen een zeer dun, en dus licht, statisch touw mee als ze vaak moeten abseilen. Soms worden statische touwen ten onrechte gebruikt voor bergwandelen en gletsjeroversteken. Maar beter neem je voor de gletsjers een dun dynamisch touw (met logo ½ of ∞; zie onderstaand voor de uitleg) om de val in een spleet nog een beetje te absorberen: touwen met een ∞ logo zijn overigens niet genormeerd om een val van een klimmer te houden, maar hebben wel rek en zijn sterk genoeg om de stoot van een val in een gletsjerspleet op te vangen. Tot slot zie je statische touwen ook vaak bij de bergredding.

De dynamische touwen zijn de ‘echte’ klimtouwen waarmee je een klimmer kunt zekeren. Deze touwen zijn elastisch om de klap van een val op te vangen, maar ook weer niet te elastisch omdat je anders bij een val een groot risico loopt om helemaal tot op de grond te vallen. Er zijn strikte normen voor de elasticiteit  van klimtouwen: hoeveel langer wordt het touw onder welke belasting. Dat wordt eerst statisch getest, waarbij een ‘standaard persoon’ van 80 kilo aan het touw hangt en vervolgens dynamisch door de verlenging te meten na de eerste val van de ‘standaard persoon’ in het laboratorium.

Een klimtouw bestaat uit een kern en een mantel. Kort door de bocht kun je zeggen dat de kern de klap moet opvangen en dat de mantel de kern beschermt tegen scherpe rotsen, slijtage e.d. En niet te vergeten tegen UV straling van de zon; nylon kan daar namelijk slecht tegen en veroudert dan zeer snel. Alle klimtouwen worden namelijk gemaakt van kunststof: meestal een variatie van nylon.

Soorten dynamisch klimtouw

Er zijn drie soorten, of eigenlijk categorieën klimtouw: enkel-, half (ook wel: dubbel)- en tweelingtouw. Op een sticker aan het einde van het klimtouw staat aangegeven waar het touw voor gecertificeerd is: een ‘1’ staat voor enkeltouw, een ‘½’ voor een half- of dubbeltouw en een ‘∞’ voor een tweelingtouw. Veel moderne touwen zijn voor zowel half-, als tweelingtouw gecertificeerd en er zijn zelfs touwen die als alle drie dienst mogen doen!

Bij een enkeltouw is het touw, ‘het touw’. Dus je gebruikt bij het klimmen en zekeren altijd een enkele streng; het touw (bij het abseilen is dat natuurlijk noodzakelijkerwijs anders). Bij een tweelingtouw gebruik je twee strengen op dezelfde manier als een enkeltouw. Bij tussenzekeringen klik je dus beide strengen in dezelfde carabiner in en bij het zekeren gebruikt de zekeraar ook beide strengen. Je kunt, net als bij een enkeltouw, dus maximaal één klimmer zekeren. Dat ligt anders bij de halftouwen, of eigenlijk: bij de halftouwtechniek, omdat veel halftouwen ook gecertificeerd zijn als tweelingtouw. Ook bij de halftouwtechniek gebruik je twee strengen maar iedere streng wordt om en om in een eigen tussenzekering gehangen. Tegenwoordig kunnen halftouwen inderdaad ook dubbel ingeklikt worden, wat ook heel veel gebeurt. Dit geeft minder wrijving bij het ‘doorhalen’ van het touw, maar vermindert vooral de belasting van de tussenzekeringen bij een val. Zeker een interessante toepassing voor routes waar de tussenzekeringen met nuts, camelots/friends, ijsboren in dubieus ijs, e.d. aangelegd worden. Met een halftouw gecertificeerd touw kan de zekeraar twee naklimmers (géén voorklimmers!) tegelijkertijd zekeren en met 1 streng op de gletsjer lopen.

Voor- en nadelen

De voordelen van een tweeling- en halftouw ten opzichte van een enkeltouw is dat ze lichter van gewicht zijn, soepeler en makkelijker mee te nemen in de rugzak. Realiseer je wel dat je van deze lichtere touwen ook twee maal zoveel touw meeneemt en het totaalpakket dus wel zwaarder wordt dan een enkeltouw. Een ander belangrijk voordeel is dat je er langere abseils mee kunt maken: met 80 meter half-/tweelingtouw kun je ook 80 meter abseilen. Met 80 meter enkeltouw kun je slechts 40 meter abseilen. tweeling- en halftouw wordt door alpinisten ook vaak enkelstrengs gebruikt op de gletsjer en voor korte klimmetjes. Hou er echter rekening mee dat deze touwen niet genormeerd zijn om enkelstrengs een val te kunnen houden! Ze slijten ook vrij snel bij gebruik in combinatie met klemmen zoals de Tibloc of Minitraction. Bijvoorbeeld bij (oefeningen voor) een val in een gletsjerspleet.

Het voordeel van een enkeltouw is vooral dat het langer meegaat en robuuster is dan de half-/tweelingtouwen en veel eenvoudiger te handelen, op bv graten waar je vaak verschillende touwlengtes op 1 beklimming gebruikt.

N.B: het Grigri zekeringsapparaat kun je uitsluitend icm enkeltouwen gebruiken! Zie ook hieronder bij diameter.

De juiste diameter

Hoe dik moet je touw zijn? Dat hangt van een aantal factoren af. Hoe vaak ga je klimmen? In wat voor terrein klim je? Hoeveel ervaring heb je met zekeren? Dikkere touwen (denk aan ≈10 mm) gaan langer mee en eisen minder kracht en techniek met zekeren. Een absoluut ‘werkpaard’, een touw waar je van alles en nog wat mee kunt doen en dat niet snel schade oploopt, is een touw van 10 tot 11 mm dik Denk hierbij bijvoorbeeld aan de omstandigheden tijdens een alpiene cursus in de buitenlucht. Maar zo’n touw is zwaar en stug en bestaat alleen als enkeltouw. Als je niet zo goed weet wat je nodig hebt, dan is een enkeltouw met een diameter van tussen 9,8 en 10,2 mm een goede allrounder. De half/tweelingtouwen liggen tussen de 7 en 9,7 mm dik. Dunne touwen zijn licht van gewicht, soepel, maar gaan niet zo lang mee en vereisen ervaring en kracht met zekeren. Als je al een zekeringsapparaat hebt, zoals een Grigri, ATC Guide of een Reverso, kijk dan voor welke diameters het apparaat geschikt is: een ATC Guide Alpine van Black Diamond kan bijvoorbeeld touwen van 6,9 tot 9 mm hanteren, maar functioneert (volgens BD) het best met touwen van 8.1 tot 8.5 mm. De Reverso van Petzl geeft op het apparaat verschillende diameters op voor de verschillende soorten touw (enkel, half of tweeling). Bij Black Diamond staat het op de verpakking (en op onze site). De populaire Grigri’s kun je uitsluitend icm enkeltouwen gebruiken.

De lengte

De juiste lengte van een klimtouw hangt af van wat je ermee gaat doen. Bij het sportklimmen hangt het samen met het klimgebied waar je naartoe gaat: zijn er veel lange routes/touwlengtes en abseils, of valt het wel mee? In de Tarn in Frankrijk gebruiken sportklimmers wel touwen van 100-120 m! In het Belgische Freyr zit je daarentegen met 80 m al goed. Voor alpinisme is een korter touw (50-60 m) vaak praktisch: op gletsjers is 30-50 m vaak prima en in eenvoudig klimterrein (3de graads) kun je met 50 m goed uit de voeten en bij hogere moeilijkheidsgraden met 60 meter. Bij hele hoge moeilijkheidsgraden kom je op de grens van het sportklimmen terecht en worden de touwen langer, hoewel je een alpinist niet snel met een touw van 120 m zult zien sjouwen.

Normvallen

Een ‘normval’ is een val waarbij de valhoogte twee maal de lengte van het uitgegeven touw (deel van het touw tussen de zekeraar en de klimmer) is. Genormeerd klimtouw moet minimaal 5 normvallen kunnen doorstaan. Dat is voor de moderne touwen geen probleem en er worden wel waarden van ruim boven de 10 gehaald. Het aantal normvallen zegt iets over de levensduur van een touw en staat aangegeven op de verpakking (of op onze site). Vooral bij het sportklimmen wordt er veel gevallen in een touw en dan kan een touw in één fanatiek seizoen al verslijten, hoewel je op zich (hopelijk!) vrijwel nooit een val met valfactor 2 zult maken (maar dat komt wel voor).

Coating

Klimtouw kan wel of niet behandeld zijn met een coating. De coating maakt het touw vuil- en waterafstotend en ook soepeler en makkelijker te hanteren. Bovendien verlengt het de levensduur. Vaak wordt er iets als ‘Dry’ aan de naam toegevoegd. Touw dat water heeft opgenomen verzwakt en de elastische eigenschappen veranderen. Zeker voor alpinisten, die in allerlei soorten weer en omstandigheden (ijs, gletsjer) onderweg zijn, is een touw met een goede coating belangrijk.

De allrounder

Als je voor het eerst een touw koopt en vrij nieuw bent in de klimsport, dan weet je nog niet zo goed wat je precies nodig hebt. Dus wil je een touw dat in de meeste omstandigheden voldoet. Kies dan voor een enkeltouw van 60 of 70 (voor sportklimmen) meter met een diameter van tussen 9,8-10,2 mm en een coating. Dat zijn de echte allrounders!

Prusiktouw

Prusiktouw, of ‘Reepschnur’ in het Duits, is dun (3-6 mm) statisch touw dat gebruikt wordt om zekeringen aan te leggen en om alle varianten van de befaamde prusikknoop op een klimtouw mee te maken. De diameter van het prusiktouw moet wel goed samengaan met de diameter van het klimtouw: de dikte van het prusiktouw moet ongeveer de helft zijn van de dikte van het hoofdtouw. Bij gebruik van 11mm hoofdtouw neem je dus 6 mm prusiktouw; 11 mm gedeeld door 2 = 5,5mm en dat wordt 6 mm. Bij gebruik van een 9mm hoofdtouw, gebruikt men 5mm prusik. Let op, dit is natuurlijk wel zwakker wel zwakker! Let er ook bij de prusiktouwen op dat knopen bij de modellen van Dyneema/Kevlar kunnen gaan ‘slippen’. Hou dus altijd voldoende touweind over na de verbindingsknoop in het prusiktouwtje. Je kunt Prusiktouw van de rol kopen en dus precies de lengte kiezen die je nodig hebt.

Bandschlinge

Bandschlinges, Schlinge of ‘runners’ in het Engels zijn genaaide lussen om zekeringspunten en standplaatsen mee te bouwen. Ze zijn getest op de breeksterkte en dat staat aangegeven op het label. Je hebt ze in verschillende breedtes en lengtes en van nylon en Dyneema/Kevlar. Van nylon heb je bredere Schlinges nodig en ze zijn zwaarder dan Dyneema/Kevlar. Ze zijn wel enigszins elastisch en absorberen dus een stukje schok bij een val. Dyneema/Kevlar is totaal statisch (rekt niet), licht van gewicht en wordt tegenwoordig het meeste gebruikt. ‘Vroeger’ kon je materiaal voor Schlinges los van de rol komen en er zelf een ring van knopen, maar tegenwoordig wordt uitsluitend het gebruik van genaaide Schlinges aanbevolen.

Bekijk onze klimtouwen